Blijkt God ook in Qatar aan het werk

Vorige week zondag kwamen we in de stamboom van Jezus in het evangelie van Mattheüs de moeders van Messias tegen: Tamar, Rachab, Ruth, Bathseba. Ik zei in de preek dat hun plek in Jezus’ stamboom een teken is dat God niet alleen met brave mensen en op keurige plekken werkt.

Foto  Markus Spiske op Unsplash

Deze week kreeg ik een appje van een van de ouderlingen. Hij stuurde een bericht door over voetballer Cody Gakpo, die op het wereldkampioenschap voetbal in Qatar een bijbelclub begonnen is met zijn teamgenoten. Blijkt God toch aan het werk te zijn op dat toernooi van de schande dat ik om principiële redenen niet volg.

Dat was toch wel even slikken voor mij. Had ik uit morele verontwaardiging over het grote onrecht dat heeft plaatsgevonden bij de bouw van de stadions in de woestijn dapper gekozen om het toernooi te boycotten. Had ik eindelijk een keer consequenties verbonden aan mijn afkeer van de afgodische macht van de Mammon in onze wereld. Voelde ik bij elke wedstrijd die ik miste mijn morele gelijk groeien. Is God daar gewoon aan het werk met biddende, bijbellezende en getuigende multimiljonairs!

Het is dat ik net had gepreekt over die moeders van Jezus, die alle vier nogal rommelige of zelfs onfatsoenlijke levens kenden. Anders had ik God misschien wel tot de orde geroepen en Hem voor de voeten geworpen dat Hij zich in dat Babylon aan de Golf toch niet kon inlaten met die miljonairs, in dienst van koning Voetbal en godje Mammon.

Kort daarna luisterde ik een podcast over de Amerikaanse predikant Tim Keller, waarin een opmerking van de schrijfster Flannery O’Connor langskwam: ‘Moralisme is een hele goede manier om Jezus uit de weg te gaan.’ Au!

Ik kijk nog steeds geen wedstrijd en de kater die de oranjefans op een groot toernooi steevast voor hun kiezen krijgen, is me ook bespaard gebleven. Maar ondertussen ben ik wel benieuwd wat God met die voetballers — in zijn wonderlijke en misschien ook wel een beetje irritante genade — aan het doen is. De God van Tamar en Rachab blijkt immers ook de God van Cody en Memphis te zijn.

Bidden voor Trump en Wilders

In onze Noorderkapel wordt gebeden voor Donald J. Trump en Geert Wilders, zo lees ik in het gebedenboek waarin bezoekers een groet, gedachte of gebed kunnen achterlaten. Als het over bidden gaat ben ik een zeer tolerant en toegeeflijk persoon. Een persoonlijk gebed is een persoonlijke zaak tussen een mens en de Allerhoogste, waar niemand zich mee te bemoeien heeft. Een kapel is een veilige plek waar gedachten en verlangens niet door de gebedenpolitie worden gecontroleerd op theologische of politieke correctheid. Dus goed dat er in onze kapel ook gebeden voor Donald J. Trump en Geert Wilders naar de hemel worden gezonden — ook zij hebben ze nodig.

Foto van een Trump-rally door David Todd McCarty op Unsplash

Toch laat dat gebed me niet met rust, omdat ik niet zo goed weet wat God ermee aan moet. Dit gebed werd geschreven voordat Trump besmet was met het corona-virus, dus ga ik ervan uit dat het gaat om een gebed van iemand die Trump en Wilders steunt en aan God vraagt of zij de verkiezingen mogen winnen en andere politieke successen behalen. Kun je dit van God verwachten als je beseft dat er vast ook mensen bidden voor Joe Biden en Jesse Klaver? Bidden wordt er voor mij in ieder geval niet geloofwaardiger en begrijpelijker op, als je denkt aan alle tegenstrijdige vragen en verlangens die van de aarde opstijgen naar God. In de film Bruce Almighty wordt Bruce, die een tijdje de rol van God mag overnemen, geconfronteerd met een niet aflatende stroom menselijke gebeden, die hij om van het gezeur af te zijn allemaal inwilligt. De gevolgen laten zich raden: totale chaos omdat alle gebeden om goed weer, winst voor je favoriete sportteam, het winnen van een loterij, het halen van een diploma, het slagen van een date enzovoorts worden ingewilligd. Daarbij teken ik wel aan dat de film de inhoud van de menselijke gebeden wat te egoïstisch en oppervlakkig inschat.

Nu begrijp ik ook wel dat je voor politieke kandidaten kunt bidden omdat je denkt dat zij staan voor wat goed en rechtvaardig is. Zoals je ook tegen een regime of partij kunt bidden die volgens jou onrecht en kwaad veroorzaken. Toch vind ik dat je vandaag, vanwege het gepolariseerde politieke klimaat van onze tijd, daarin heel terughoudend moet zijn. Wie nadrukkelijk bidt voor een politicus of partij (publiekelijk geldt dat zeker) betrekt God bij zijn of haar politieke voorkeur en een politieke strijd, waarbij de kans groot is dat je God voor het karretje van een politieke, en dus altijd ook menselijke zaak spant. Dat is een vorm van afgoderij met kwalijke en gevaarlijke gevolgen, zoals het demoniseren van politieke tegenstanders en het uiteenvallen van het sociale weefsel van een samenleving, iets waarvoor de New Yorkse predikant Timothy Keller zijn Amerikaanse geloofsgenoten in beide kampen onlangs nog waarschuwde.

Eén van de heilzame (en lastige) aspecten van bidden is dat je in de aanwezigheid van God niet alleen je eigen wensen, ideeën en gedachten uit, maar die ook aan de kritiek en zuivering van God blootstelt. Bidden in bijbelse zin is immers altijd tweerichtingsverkeer. In dat verkeer worden je ogen gescherpt voor Gods gerechtigheid, die niet zomaar samenvalt met de gerechtigheid van één politieke beweging of partij. Bovendien maakt bidden je op die manier ook nederig en zachtmoedig, twee christelijke deugden die niet goed passen in een politiek klimaat van superioriteit, zelfingenomenheid en demonisering.

Wie weet werd er in onze kapel wel zo gebeden: voor nederigheid en zachtmoedigheid voor Donald J. Trump en Geert Wilders. Dan neem ik dat gebed gelijk over, ook voor de rest van onze politici. En laten we hopen dat God nog luisteren wil.